zaterdag 15 augustus 2015

Bijvoeglijk naamwoord

Afgelopen week heb ik een paar stevige discussie gehad met mijn lerares Spaans over het gebruik van bijvoeglijke naamwoorden. Voorlopig hebben wij besloten dat het gebruik van het bijvoeglijk naamwoord taalgebonden is. Ik ben namelijk voorlopig nog wel even bezig met bijvoeglijke naamwoorden en dan is het handiger dat we niet elke keer deze discussie hoeven te voeren.

Voor degenen die niet zo taalkundig zijn (ik moest ook eerst zoeken op internet hoe dit ook alweer in het Nederlands heet), een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord of onderwerp: de gouden ring. Gouden is hier het bijvoeglijk naamwoord.

Spanjaarden blijken gek te zijn op bijvoeglijke naamwoorden en ze gebruiken ze beduidend meer dan wij, Nederlanders. Als ik mijn Spaanse spreek- en schrijfvaardigheid wil verbeteren (en eventueel voor een B2-examen willen slagen) dan zal ik bijvoeglijke naamwoorden moeten gaan gebruiken. En dan niet alleen bij zelfstandige naamwoorden maar ook bij werkwoorden. Aan de andere kant, Spanjaarden schrijven ook rustig één zin die 5 regels lang is en waarbij je halverwege al kwijt bent waar het nu allemaal overgaat. Ik kan me nog herinneren tijdens het schrijven van een opstel in de lagere school dat het schrijven van lange zinnen verboden was. Dus ik wil niet helemaal vertrouwen op de manier waarop dingen nu eenmaal in Spanje gaan.

Vanaf nu mag ik dus niet meer schrijven of zeggen: De man legt het boek op de tafel. Het minimale wat ik ervan moet maken is: De slanke man legt voorzichtig het oude boek op de ronde tafel. En nog beter: De slanke veertigjarige sportieve man, legt voorzichtig het oude vergeelde in leer gebonden boek op de antieke ronde tafel met marmeren blad.
Het argument van mijn lerares is dat dit het verhaal spannender maakt en meer kleur toevoegt omdat een ronde tafel nu eenmaal een ander beeld oproept dan een tafel die rechthoekig is. Mijn argument is dat dit helemaal niks meer aan de verbeelding overlaat en dat als het voor het verhaal niets uitmaakt of de tafel rond is of niet, dat het niet nodig is om de lezer te vermoeien met overbodige informatie. Er is, naar mijn mening, niks mis mee met dat voor mij de tafel rond is en van metaal terwijl voor iemand anders de tafel vierkant is met slanke pootjes die in leeuwenkoppen eindigen.

Maar goed, wil ik mijn Spaans verbeteren dan heb ik weinig keuze dan te doen zoals gezegd. Ondertussen roept dit een filosofische vraag bij mij op: in hoeverre het gebruik van de taal de ontwikkeling van een land bepaald. 
In Spanje beschrijven de mensen de dingen dus veel meer dan in Nederland en laten ze veel minder aan de verbeelding over. Spanjaarden zijn heel gelaten en tonen weinig initiatief om iets aan bestaande situaties te veranderen. Ik kan me indenken dat, als je niet gestimuleerd wordt om je verbeelding te gebruiken dat dit gedrag daar een gevolg van kan zijn.
In Nederland laten we veel meer dingen open. Dat leidt tot discussie (grappig dat jij een vierkante tafel in je hoofd hebt terwijl ik een ronde tafel in mijn hoofd heb) en discussie leidt tot nieuwe ideeën en initiatief.
Voorlopig kauw ik even op de vraag in hoeverre taal hier een rol in speelt en indien ja, hoe groot die rol is.

1 opmerking:

  1. Ja spaans sprekende landen zijn gek op lange lappen tekst. Toen ik nog werkte maakte ik een nieuwsbrief die in zowel frans als spaans werd vertaald vanuit engels. De franse en vooral spaanse waren altijd langer, bij de franse werd vaak 1 artikel geschrapt en/of ingekort, bij de spaanse was dat altijd veel meer.

    Ik vraag me wel af of ze dan ook echt alles goed lezen.

    BeantwoordenVerwijderen